Wat is ATEX?
ATEX: de Europese richtlijn voor Explosiegevaar. In dit artikel lees je meer over de richtlijn en wanneer het van toepassing is!
Stijn Sestig is adviseur bij CertificeringsAdvies Nederland. 'De belangrijkste kernwaarde die ik tijdens mijn studie heb geleerd is integriteit. Deze kernwaarde neem ik mee naar mijn klanten. Vertrouwen is vanuit mijn optiek immers de basis die moet leiden tot mooie resultaten.'
stijn@certificeringsadvies.nlDe ATEX-richtlijn is een Europese richtlijn voor gebieden waar potentieel explosiegevaar is door de (kans op) aanwezigheid van een explosiegevaarlijke atmosfeer. Denk bij zulke gebieden bijvoorbeeld aan een olieboorplatform. Vanuit de Arbowet is de werkgever verplicht om beleid op te voeren om werknemers te beschermen tegen explosiegevaar. Dit betekent dat de risico’s van het werk schriftelijk moeten worden vastgelegd in een explosieveiligheidsdocument.
Over ATEX
ATEX is een Europese richtlijn, ontstaan in 2003. Je hebt hier verschillende varianten van. Twee bekende varianten zijn de ATEX 153 en de 114 richtlijn. ATEX 153 is in Europa de richtlijn voor explosiegevaarlijke omgevingen. Het doel hiervan is om werknemers die worden blootgesteld aan explosiegevaar te beschermen tegen explosierisico’s. ATEX 114 (voorheen ATEX 95) is de richtlijn voor apparatuur die wordt toegepast in een EX-zone waar explosierisico is. Het doel hiervan is om apparatuur te beschermen zodat het geen ontstekingsbron kan worden bij normaal gebruik.
Wanneer is ATEX van toepassing?
ATEX komt om de hoek kijken wanneer er tijdens normaal gebruik/defecten aan een installatie of machine ontploffingsgevaar kan ontstaan. Een aantal situaties die zijn uitgesloten:
- Openbaar vervoer;
- Niet-commerciële omgevingen;
- Medische omgevingen;
- Schepen;
- Huishoudelijke omgevingen.
EX-zones
Binnen de ATEX 153 richtlijn dien je een risico-inventarisatie uit te voeren. Hierin stel je explosiegevaarlijke zones vast. Binnen zo’n EX-zone pas je dan vervolgens de (door ATEX 114) goedgekeurde apparatuur toe. Zone 0, 1 en 2 gaan over gas/damp. Zone 20, 21 en 22 gaan over stof. De verschillende zones:
- Zone 0 & zone 20: er is continu een explosieve atmosfeer;
- Zone 1 & zone 21: er is regelmatig een explosieve atmosfeer;
- Zone 2 & zone 22: er is zelden een explosieve atmosfeer. Is deze er, dan is dit van korte duur.
Wanneer is er sprake van explosiegevaar?
Er is sprake van explosiegevaar zodra een mengsel van brandbare stof (gassen, stof, nevels of dampen) en lucht wordt ontstoken onder atmosferische omstandigheden en zich na ontsteking uitbreidt totdat alle brandbare stoffen verbrand zijn. Zo’n explosiegevaar kan zich voordoen in:
- Stofexplosiegevaar: een brandbare vaste stof (in verdeelde vormen, zoals poeder) wordt intensief gemengd met lucht voordat het wordt ontstoken.
- Gasexplosiegevaar: brandbare gassen vermengen zich met lucht (die voor ongeveer 21% uit zuurstof bestaat).
- Nevelexplosiegevaar: een vloeibare brandbare stof verdampt en vorm een ontplofbaar mengsel met de lucht.
Locaties met explosiegevaarlijke stoffen zijn bijvoorbeeld:
- Houtzagerij
- Meelfabriek
- Poedermelkfabriek
Locaties met explosiegevaarlijke gas/damp zijn bijvoorbeeld:
- Bezinepomp
- Locaties met (lekkende) gasflessen
Stijn Sestig is adviseur bij CertificeringsAdvies Nederland. 'De belangrijkste kernwaarde die ik tijdens mijn studie heb geleerd is integriteit. Deze kernwaarde neem ik mee naar mijn klanten. Vertrouwen is vanuit mijn optiek immers de basis die moet leiden tot mooie resultaten.'
stijn@certificeringsadvies.nlKom in contact met de partner in certificeren!
Meer informatie over de mogelijkheden?
- Altijd een oplossing op maat
- Jouw organisatie als uitgangspunt
- Snel, pragmatisch en persoonlijk